Bedankt voor je reactie. Het gaat hier vooral om wiskundige problemen. Het is mij niet geheel duidelijk wanneer ik het uitproduct moet gebruiken en wanneer het inproduct. Het inproduct dus alleen voor hoeken en vectoren. Het uitproduct zie ik gebruikt worden bij een hoek vlak-vlak. Klopt dat? Of zijn er nog meer wiskundige toepassingen?
Bovendien zie ik twee manieren om de normaalvector te verkrijgen, door af te lezen in de normaalvergelijking en door het berekenen via het uitproduct. Klop dit?
Bas
Student hbo - dinsdag 9 juli 2019
Antwoord
Als je een hoek tussen twee vlakken bepaalt, doe je dit meestal via de hoek tussen de normaalvectoren. De hoek tussen de normaalvectoren bepaal je met het inproduct. De normaalvectoren zelf kun je met het uitproduct van twee richtingsvectoren van het desbetreffende vlak bepalen. Of via de normaalvergelijking van het vlak inderdaad.