Hoe kan ik dit bewijzen? Zijn er bepaalde stapjes daarvoor?
Alvast bedankt
Amber
3de graad ASO - maandag 26 november 2018
Antwoord
Hallo Amber,
Is het je opgevallen dat (36°+x) en (54°-x) samen 90° is? Links van het =-teken kan je dus schrijven als:
tan(y)·tan(90°-y)
Dit product is altijd 1! Kan je zelf verzinnen waarom? (Hint: teken een rechthoekige driehoek. Wanneer één scherpe hoek y is, dan is de andere scherpe hoek 90°-y. Wat valt op bij de formules voor tan(y) en tan(90°-y)?)
Rechts hetzelfde trucje: je kunt dit schrijven als:
sin2(z) + sin2(90°-z)
Kan je van deze tweede sinus een cosinus maken? Zo ja, dan verschijnt rechts een bekende vorm.