Hoe zit dit regel in elkaar? Waarom is 12−4=−3 omdat −4×−3=12?
romeo
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - woensdag 28 februari 2018
Antwoord
De uitkomst van $12$ gedeeld door $3$ moet $4$ zijn omdat $4\times 3=12$. Hetzelfde geldt voor het delen van negatieve getallen. De rekenregels voor het vermenigvuldigen moeten natuurlijk wel blijven werken!
Dus: 12−4=−3 OMDAT −4×−3=12. Denk maar aan 'min keer min is plus'.