Hoe verklaar ik de volgende formule over de boldriehoeksmeting:
cos a = sin b1 .sin b2 + cos b1 .cos b2 .cos (l1 − l2) en d= (40000.cos-1(cos a))/360
met b1 de breedteligging van de eerste plaats en b2 de breedteligging van de tweede plaats; met l1 de lengteligging van de eerste plaats en l2 de lengteligging van de tweede plaats; b1 en b2 zijn positieve waarden bij noorderbreedte en negatieve waarden bij zuiderbreedte; l1 en l2 zijn positieve waarden bij oosterlengte en negatieve waarden bij westerlengte.