Ik zal mijn vraag verduidelijken met een voorbeeld: Van twee benzinestations is bijgehouden hoeveel klanten er per uur hebben getankt. Het onderzoek duurde 14 dagen, telkens van 8:00 tot 20:00 uur. Er is een een relatieve cumulatieve frequentiepolygoon van beiden getekend in een figuur. Horizontale as: aantal klanten. Verticale as:% De punten van A (20,0) (30,50) (40,60) (50,80) (60,90) (70,100) De punten van B (20,0) (30,10) (40,20), (50,30) (60,50) (70,100) De grafiek van B ligt helemaal rechts van de grafiek van A. Mag ik alleen op grond van deze constatering zeggen, dat het bij B het druktst was? Zo ja, waarom dan?
Nogmaals dank, Katrijn
Katrij
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 16 december 2016
Antwoord
Eerlijk gezegd snap ik er nog niet veel van. Horizontale as: klanten?? Zal wel klanten per uur zijn. Verticale as: %? Procent van wat? Ik doe een poging tot het begrijpen van dat polygoon: De punten van A (20,0) (30,50) (40,60) (50,80) (60,90) (70,100) Moet ik dat zo lezen: 0% van de tijd 20 of minder klanten per uur. 50% van de tijd 30 of minder klanten per uur. 60% van de tijd 40 of minder klanten per uur, etc?
Dit is een reactie op vraag 83499 
