Aan de finale van een zwemwedstrijd doen 7 zwemmers mee: 3 Amerikanen, 2 Duitsers, 1 Australier en 1 Nederlander. De banen 1 tot en met 7 worden willekeurig verdeeld.
Bereken de kans dat één van de Duitsers in een buitenbaan zwemt
Ik snap deze vraag niet.
f
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 14 september 2016
Antwoord
Je kunt de groep zwemmers vergelijken met een vaas met 7 knikkers:
3 rode (= Amerikanen)
2 blauwe (= Duitsers)
1 groene (= Australiër)
enz.
Uit deze vaas pak je zonder terugleggen 2 knikkers (dit zijn de zwemmers die een buitenbaan krijgen. Er zijn immers twee buitenbanen).
De vraag wordt dan: hoe groot is de kans dat je een blauwe knikker pakt en een knikker van willekeurige andere kleur?
Waarschijnlijk heb je al meer van dit soort vaasmodel-sommen gemaakt. Lukt het om deze vraag nu op dezelfde manier op te lossen?