Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 82777 

Re: Vergelijking oplossen

Oke bedankt! ik heb hem,

maar nog een vraagje..
als het zonder log is :

15·3x+1-243·5x-2=0

hier staan x en + door elkaar en staan er x+1 en x-2 in de exponenten... Wss zal ik hiervoor log moeten gebruiken maar ik weet niet echt hoe ik hieraan moet beginnen

joana
3de graad ASO - dinsdag 30 augustus 2016

Antwoord

Eerst maar weer de twee termen van elkaar scheiden. Omdat rechts nul staat, kan dat vrij eenvoudig. Je krijgt 15 . 3x + 1 = 243 . 5x - 2
Maak nu van 3x + 1 eens (3x).31 zodat links 45.3x komt te staan.
Doe nu rechts iets dergelijks met 5x - 2 en probeer dan te komen tot (3x)/(5x) = (3/5)3.
Dan volgt direct x = 3.

MBL
dinsdag 30 augustus 2016

©2001-2024 WisFaq