Een vereniging houdt een loterij. Er worden 100 loten verkocht. Er zijn 3 prijzen. Een hoofdprijs van 30 euro, een tweede prijs van 10 euro en een derde prijs van 5 euro. Als de trekking van de loterij gehouden wordt, trekt men eerst de hoofdprijs. Daarna wordt getrokken voor de tweede prijs en ten slotte bij de derde trekking voor de derde prijs. Op een lot kan maar een prijs vallen. Elk lot kost 1 euro.
Ik wil feedback op mijn antwoorden:
vraag: Wat is de kans dat Karel geen prijs wint? 97/100 x 96/99
Hans koopt 3 loten vraag: Wat is de kans dat Hans alle drie de prijzen wint?
antwoord: 3/100 x 2/99 x 1/98
vraag: Wat is zijn kans op geen prijs? antwoord: dit heb ik niet uit kunnen rekenen. Graag ontvang ik tips om dit uit te rekenen.
Alvast bedankt!
Arif M
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 28 september 2015
Antwoord
Hallo Arif,
Uit een vorige vraag begreep ik dat Karel twee loten heeft gekocht. Dit is wel een belangrijk gegeven. Als dit klopt, dan is de kans op geen prijs inderdaad 97/100 x 96x99.
Ook het antwoord op de tweede vraag is correct.
Ik begrijp niet waarom je moeite hebt met de laatste vraag. Dit is immers dezelfde soort vraag als de eerste! Met drie loten kom je op: 97/100 x 96/99 x 95/98.