Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 7569 

Re: Het drie deuren probleem

Ik bedoel het op de volgende manier. Helemaal op het begin zijn er drie deuren twee fouten en een goede als je de goede kiest krijg je als er een deur wordt wegenomen en je wisselt natuurlijk een foute, maar als je helemaal op het begin een foute deur kiest wordt de andere foute wegenomen en kom je als je wisselt natuurlijk op de goede deur uit.er zijn helemaal op het begin twee foute deuren en een goede dus de kans is 2 op 3 dat je een foute deur kiest en uiteindelijk als de andere foute wordt wegenomen op de goede uitkomt als je wisselt. Dit klopt toch?

Stan P
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - zaterdag 15 februari 2003

Antwoord

Beste Stan,
Inderdaad als je 'switched' heb je een 2/3 kans om te winnen. Wel moet er duidelijk staan dat:

1) De spelleider altijd eerst nog een deur opent
2) De spelleider niet jouw eerst gekozen deur opent en ook natuurlijk niet de deur waar de prijs achter zit.

Voor het gemak wordt dit vaak weggelaten aangezien dit bijna op 'common sense' berust, maar om het 100% correct te omschrijven moet het er wel even bij.
Het probleem staat formeel bekend als 'The Monty Hall problem'.

Succes ermee.

M.v.g.

PHS
zondag 16 februari 2003

©2001-2024 WisFaq