Zij Z1,Z2,... een rij van N(0,1) stochastische variabelen (onafhankelijk en identiek verdeeld).
Definieer Xn=e^(a*Sn-b*n), a en b zijn reële getallen.
met Sn=som[Zi], i=1 t/m n.
Ik wil het volgende aantonen:
1. Xn convergeert in kans naar 0 d.e.s.d.a. b$>$0. 2. Xn convergeert bijna zeker naar 0 d.e.s.d.a. b$>$0.
Om 1. te bewijzen is het niet toegestaan eerst 2. bewijzen en dan concluderen dat bijna zeker convergentie impliceert convergentie in kans.
Ik begrijp helemaal niet hoe ik hier te werk moet gaan.
Ik moet bewijzen dat
voor iedere epsilon$>$0, convergeert P(|Xn-X|$\ge$0) naar 0 voor n-$>$oneindig.
Dus ik moet bewijzen dat
P( |e^(a*Sn-b*n)| $\ge$ eps)-$>$ 0
Ik denk dat P( |e^(a*Sn-b*n)| $\ge$ eps) moet herschrijven en afschatten.
Groeten,
Viky
viky
Iets anders - woensdag 25 februari 2015
Antwoord
Ombouwen en afschatten, inderdaad: als $a$>$0$ dan kun je $e^{aS_n-bn}\ge\epsilon$ omwerken tot $$ \frac1{\sqrt n}S_n\ge \frac ba\sqrt n-\frac{\ln\epsilon}{a\sqrt n} $$ Nu is $\frac1{\sqrt n}S_n$ weer $N(0,1)$ verdeeld en $\lim \frac ba\sqrt n-\frac{\ln\epsilon}{a\sqrt n}=\infty$ als $b$>$0$, dus de limiet van de kans is inderdaad $0$.