Consider the signals u and y that are defined over all real values (i.e., (−,)) as follows
u(t) = 5 t [0, 2) 0 elsewhere y(t) = a t [0,) 0 elsewhere
where the parameter a $>$ 0. Sketch the following signals
e. u(1 − t)y(t) f. y(1 − t)u(t)
Ik kom hier niet helemaal uit voor mijn eigen antwoord krijg ik bij e: 5a t [0, ) en 0 overal anders. f: 5a t [0, 2) en 0 overal anders.
Volgens de antwoorden moeten ze beide 5a zijn bij t 0 tot 1 , Ik heb het gevoel dat dit iets te maken heeft met de haakjes en of iets wel of niet meedoet. Weet iemand toevallig hoe dit zit? Of hoe je dit correct berekend?
Groet,
Jeroen
Jeroen
Student universiteit - zondag 7 december 2014
Antwoord
Als u(t)=5 voor t in [0,2) en 0 elders, hoe gedraagt u(1-t) zich dan? Oftewel voor welke waarden van t is u(1-t) ongelijk nul?
