Goede avond, Een log vergelijking waar wat werk aan is: Gegeven logx/logy+logy/logx=10/3 (1) xy=144 (2) Bereken x+y/2=?? (1)Ik schrijf y=144/x en vul in bijde eerste vergelijking
Ik noteer : (logx/(log122-logx))+((log122-logx)/logx))=10/3 Kruislkingsd vermenigvuldigen en sammennemen van termen die gelijknamig zijnn geeft: (log2x+4log212-4log12.logx+log2x)/ 2log12.logx-log2x=10/3
x(1,2)= (4log12+2log12)/4 en (4log12-2log12)/4 x(1,2)= (3log12)/2 en (log12)/2 We vinden voor: x1= 1,618771869 en x2= 0,539590623 y1= 144/1.618771869=88,095632717 en y2= 144/0,539590623=266,8689815 (1) (x+y)/2= 45,28754952 en de tweede som is dan : (2) x+y/2= (266,8689815+0.539590623)/2=133,7042861
Het antwoord in het de register VWO vragen 1989-1990, 2de ronde, probleem 23 zou zijn 13*Ö3= 22,5166605 en dit strookt niet met wat ik vond. Wie vindt de fouit ? Groeten Rik
Rik Le
Ouder - donderdag 14 augustus 2014
Antwoord
Ik verkies de simpele aanpak:
1) stel z=logx/logy dan wordt de vergelijking z+1/z=10/3 dit kan herleid worden tot een VKV met twee oplossingen: z=3 of z=1/3 2) z=3 betekent dat log(x) = 3·log(y) ofwel x=y3 dan (vergelijking 2) y4=144 betekent y2=12 etc, etc ...........
De rest mag je zelf uitzoeken. Ik kom wel aan de gegeven uitkomst.