In een oud bos stonden begin 1950 5000 volwassen bomen en 8000 oude bomen. Men heeft toen 4000 oude bomen gekapt en 5000 jonge boompjes geplant. Toen men in 1960 dus 10 jaar later opnieuw telde waren er 4000 jonge boompjes, 3500 volwassen bomen en 6500 oude bomen. In die 10 jaar is niet meer gekapt en zijn er geen boompjes aangeplant. Bepaal de overgangsmatrix
Ik weet dat dit een 2 x 2 matrix moet worden, maar hoe begin ik hieraan?
Dina
3de graad ASO - woensdag 27 november 2013
Antwoord
Er zijn 'oude bomen', 'volwassen bomen' en 'jonge bomen'. Een 3x3 matrix ligt meer de hand. In 10 jaar tijd zijn er 'volwassen bomen' overgegaan in 'oude bomen', 'jonge bomen' overgegaan in 'volwassen bomen'. Er zijn ook 'jonge boomjes' bijgekomen. Krijgen 'oude bomen' ook 'jonge boompjes'? Dat zijn ook nog vragen...
Ik denk dat een goede eerste stap is om een graaf te tekenen waarbij je de verschillende 'voortplanting' en 'overgangen' aangeeft.