Met a snijpunt van de vlakken 2x+y-z+4=0 en x-y+3z-12=0 en b (x-1)/2=y/-7=(z-2)/-3 Toon aan dat a en b een vlak bepalen en zoek de vergelijking, maar hoe kunnen nu 2 evenwijdige rechten een vlak bepalen? We hebben voor een vlak 2 richtingen en een punt nodig?
Vannes
3de graad ASO - dinsdag 7 mei 2013
Antwoord
Als je je twee armen evenwijdig aan elkaar naar voren steekt, dan kun je er toch een plaat karton op leggen?? Je twee armen zijn de lijnen, het karton is het vlak.
Als (steun)punt kun je ieder punt van a of van b nemen. Eén richting is natuurlijk de richting van a (of b) en een tweede kan bijv. elke verbindingsvector zijn tussen een punt van a en een punt van b.