cos2(ß) + sin2(ß) = 1 Dus tussen de haakjes verschijnt er 1-1
men krijgt: cos(ß)[sin3(ß)/cos(ß) + sin(ß)cos(ß) - sin(ß)/cos(ß)] Alles op gelijke noemer zetten: cos(ß)[(sin3(ß)+sin(ß)cos2(ß)-sin(ß))/cos(ß)] de cos(ß) valt dus weg en er blijft over: sin3(ß) + sin(ß)cos2(ß) - sin(ß) nu zetten we sin(ß) apart: sin(ß)[sin2(ß) + cos2(ß) - 1] opnieuw is sin2(ß) + cos2(ß) = 1 we krijgen dus sin(ß)[1 - 1] = 0