Een natuurlijk getal bestaat uit 3 cijfers. De som van de cijfers is 16. Als we de cijfers van de tientallen en de eenheden verwisselen, dan vermeerdert het getal met 36. Als we de cijfers van de honderdtallen en de eenheden verwisselen, dan vermeerdert het getal met 99.
reyhan
3de graad ASO - woensdag 23 mei 2012
Antwoord
Stel a = cijfer van de honderdtallen b = cijfer van de tientallen c = cijfer van de eenheden De waarde van het getal is dan : 100a + 10b + c
De eerste vergelijking is geen probleem veronderstel ik. De vergelijking voor het tweede gegeven is : 100a + 10c + b = 100a + 10b + c + 36