Dit lijkt me geen ongelijkheid die je exact ('met de hand') kan oplossen. De logaritme in het linkerlid is stijgend maar enkel gedefinieerd voor p 3. De logaritme in het rechterlid is dalend en enkel gedefinieerd voor p 13.
Tussen 3 en 13, namelijk rond 6.65, hebben beide functies een snijpunt maar dat kan je niet zomaar algebraïsch bepalen. Het kan wel numeriek of grafisch (GRM, computer, benaderingsmethodes...).
De ongelijkheid geldt dus voor p strikt gelegen tussen 3 en dat snijpunt.