Dsnk u wel, dit is meer begrijpelijker. Ik heb nog wel een vraag over de tweede som. Ik begrijp niet helemaal waarom en hoe je van stap 3 naar stap 4 gaat. Dat je het bij stap 3 als een breukvorm opschrijft, begrijp ik. Maar dat gedeelte van 1- die breuk dat niet.
Lisette
Lisett
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 1 mei 2011
Antwoord
Het zijn inderdaad heel wat tussenstappen die je allemaal moet doorwerken.
Je kunt die 10·0,8t buiten haakjes halen. Daarom schrijf je 10·0,8t-1 als 0,8·t·0,8-1.
Het is zoiets als:
7t-4·7t=7t(1-4)
Werk de haakjes maar 's van rechts naar links uit. Je zult zien dat het klopt. Helpt dat?