Ze vragen om te bewijzen dat lijnstuk DE gelijk is aan lijnstuk CS.
Kan je hier congruentie op toepassen (en dan vanuit de driehoeken ABC en BED bovenstaand te concluderen?)
Met vriendelijke groet
Samant
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 20 februari 2011
Antwoord
Vanuit de punten E, D en C zie je lijnstuk AB onder dezelfde hoek van 60°. Dat heeft als gevolg dat de vijf hoekpunten A,B,C,D en E op één cirkel liggen (Thales). Dan is ÐDES = ÐA = 60° (zelfde boog) en idem ÐDCS = ÐABD = 60° Het gevolg is dat ESCD parallellogram is enz.