Ik heb de volgende vergelijking R(z)=100 + 2/T·(Z-1)/(Z+1) Als ik van 100 100/1 maak mag ik dit dan kruislings vermenigvuldigen. Hoe los ik dit nu op? Bij voorbaat dank
Ivo Me
Student hbo - zaterdag 30 oktober 2010
Antwoord
Nee, kruislings vermenigvuldigen kan alleen maar als er een is-gelijk-teken tussen staat. Anders gezegd: er moeten dan twee breuken naast elkaar staan, gescheiden door het =-teken. Wat je er verder aan wilt oplossen weet ik niet. Wat is de bedoeling van de vraag? Wil je de Z vrijmaken of de T of....?