\require{AMSmath} Oefn vereenvoudig verwante hoeken cos(($\pi$/2)-a)sin((3$\pi$/2)+a)/tan(3$\pi$-a) = sin(a) sin((-$\pi$/2)+a)/tan($\pi$-a) = sin(a) (-sin(($\pi$/2)-a)/tan([a) = sin(a)(-cos(a))/-(sin(a)/cos(a)) = cos2a Maxime 3de graad ASO - woensdag 15 september 2010 Antwoord Hallo Deze oefening is juist, als er tenminste in de noemer van de derde regel staat : tan(-a) LL woensdag 15 september 2010 ©2001-2024 WisFaq
\require{AMSmath}
cos(($\pi$/2)-a)sin((3$\pi$/2)+a)/tan(3$\pi$-a) = sin(a) sin((-$\pi$/2)+a)/tan($\pi$-a) = sin(a) (-sin(($\pi$/2)-a)/tan([a) = sin(a)(-cos(a))/-(sin(a)/cos(a)) = cos2a Maxime 3de graad ASO - woensdag 15 september 2010
Maxime 3de graad ASO - woensdag 15 september 2010
Hallo Deze oefening is juist, als er tenminste in de noemer van de derde regel staat : tan(-a) LL woensdag 15 september 2010
LL woensdag 15 september 2010
©2001-2024 WisFaq