Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 60125 

Re: Re: Kaarten

1 - P(1 · 48/51 · 44/50) 17.18% op een paar of beter?
1 - P(1 · 48/51 · 44/50) - P(3/51 · 2/50) 16,94% op een paar

Klopt dit?

Nog een vraagstukje:
Je hebt weeral een normaal spel kaarten van 52. Je krijgt 4 kaarten ervan. Het zijn alle 4 klaveren! Je mag er nog 3 nemen. Hoeveel kans dat je nog minstens 1 klaveren kaart krijgt?
Is dat:

(13 klaveren - 4 klaveren = 9 klaveren)
9/48 + 9/47 + 9/46 ongeeer 57.46%

In ieder geval al hartelijk dank voor wat je hebt geholpen!

joeri
Iets anders - vrijdag 11 september 2009

Antwoord

Als je met het eerste bedoelt de kans op minstens 1 paar dan lijkt me dat correct.

Als je met de tweede bedoel de kans op precies 1 paar, dan lijkt me dat ook correct.

Tweede vraagstuk:

Je hebt al 1 klaveren. Er zijn 51 kaarten over. Wat is de kans bij het pakken van 3 kaart op nog minstens 1 klaveren? Dat is gelijk aan de kans op 1-P(geen klaveren).

Ik zou zeggen:

q60128img1.gif

Wat jij doet klopt niet helemaal. Bij benadering lijkt het weliswaar aardig goed, maar je doet net alsof de kans op klaveren elke keer als je een kaart pakt onafhankelijk is. Dat is niet zo, maar 't scheelt (kennelijk) weinig... een soort van 'bijna onafhankelijk'. Dat kan soms wel 's handig zijn, maar ik zou 't hier niet doen!

WvR
zondag 13 september 2009

©2001-2024 WisFaq