Het is bijna tijd dat ik mijn VWO examen ga doen, maar ik hik nog steeds tegen rekenen met variabele hoeken aan. In een herhaling van alle stof die ik tot nu toe gehad heb, stuitte ik op een probleem wat ik tot op heden niet opgelost heb.
2sin(2a) = 3sin(a)
hoe los ik deze vergelijking op?
bij voorbaat dank!
Nick
Leerling bovenbouw havo-vwo - dinsdag 17 februari 2009
Antwoord
Nick, Gebruik de relatie sin(2a)=2sinacosa, zodat je krijgt sina(4cosa-3)=0.