Re: Gelijke hoeken in figuur na veranderen door matrix
A=(a1,a2) en B=(b1,b2) Geldt alleen als E(1,0) is en D(0,1) is toch? Is het bijvoorbeeld E(3,5) en D(4,2) dan werkt A=(a1,a2) en B=(b1,b2) niet meer. Klopt toch?
BTW wat eigenschappen die mij goed lijken maar zijn ze dat ook:
-a1 en b2 moeten gelijk zijn. Als E en D beide een 0 in de vector hebben: -a2 en b1 moeten 0 zijn.
J
Leerling bovenbouw havo-vwo - zaterdag 7 februari 2009
Antwoord
Ik kies E(1,0) en D(0,1). Dus niks anders. Je voorwaarden zijn te restrictief.
Ga er nu eens vanuit dat driehoek AOB rechthoekig moet zijn in O en dat OA gelijk moet zijn aan OB. Dan geldt zeker dat driehoek OAB gelijkvormig is met driehoek OED. Met herhaald gebruik van de Stelling van Pythagoras zou je dan een heel eind moeten kunnen komen.