Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 56433 

Re: Toepassingen van exponentiële functies

hoi, g is dan gelijk aan -1/4 he? dat klopt?
als ik dat dan invul in die andere functie dan kom ik uit: b= 30/ (-1/4)^30
maar dat kan toch niet? ofwel??
groetjes

yann
3de graad ASO - dinsdag 9 september 2008

Antwoord

Een negatieve groeifactor? Dat lijkt me onwaarschijnlijk....

g=16Ö0,50,9576

b·0,957630=30 geeft b110, maar dat wist je al.

WvR
dinsdag 9 september 2008

©2001-2024 WisFaq