Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 54380 

Re: Schatten

okee, bedankt voor de uitleg. Maar nu zou ik graag willen weten hoe je in een oogopslag kunt zien welke van de 3 mogelijke sommen je moet kiezen, om zo dicht mogelijk bij het goede antwoord te komen.
Mijn leerlingen (groep 7 basisschool)zien alleen de som met de 3 andere sommen en zij moeten dan kiezen welke som het best erbij past. Zij mogen alleen schatten en niet berekenen.

margot
Ouder - vrijdag 15 februari 2008

Antwoord

Je kunt toch wel inschatten dat 2*90 en 6*30 dezelde uitkomst hebben, dus dat het verschil 0 is?

En dat 2*85-30 veel groter is dan nul?
Maar ik ben geen basisschool didacticus.
Wie weet dat er daar andere trucjes bekend zijn.

Een ander idee:
30 is (ongeveer) 2/30 ( ruim 6%) minder dan 32, dus zul je die 84 ook (ongeveer) 2/30 deel (6%) op moeten hogen om een redelijke benadering te krijgen.
Dan moet er dus bijna 6 bij die 84 op, dus 90.

hk
vrijdag 15 februari 2008

©2001-2024 WisFaq