Concrete vraag is dus : hoe raak ik de breuk kwijt en wat is het eenvoudigste eindresultaat.
huub
Student hbo - dinsdag 5 februari 2008
Antwoord
Die regel is al correct. Nu, de noemer kwijtraken zal zeker niet lukken... Het beste wat je met die noemer kon doen is de j eruit halen, en dat is ondertussen gebeurd. Ik zei dus: "op één noemer zetten", wat niet hetzelfde is als "op noemer één zetten" .
De vraag is nu wat je met deze uitdrukking wil doen: wou je ze gewoon iets 'properder' dan in de opgave, dan is dat bij deze al gebeurd door het wegwerken van de j in de noemer. Wil je echter dingen onderzoeken zoals het reële en imaginaire deel, of de modulus, dan neem je best alle reële en alle imaginaire termen apart (dat kan nu omdat die j uit de noemer weg is), je krijgt dan: ... = [1+(w2C2C3R42+w2C22R3R4)/((1-w2C2C3R3R4)2+(wC3R4+wC2R3)2)] + j*[(wC2R4-w3C22C3R3R42)/((1-w2C2C3R3R4)2+(wC3R4+wC2R3)2)] Dat is van de vorm a+bj en kan niet meer eenvoudiger geschreven worden, je kan alleen nog die wC2R4 afzonderen in de teller van zowel je reëel als je imaginair deel maar that's it.