een getal bestaat uit 2 cijfers. de som van de cijfers is 9. door de cijfers te verwisselen komt er 1/5 van het getal bij. Dit is het laatste vraagstuk dat ik vraag alvast bedankt
tom
2de graad ASO - zaterdag 16 november 2002
Antwoord
Beste Tom, Het laatste? Hoeft niet vragen mag altijd. Goed het getal bestaat uit 2 cijfers ofwel bv. 12 of algemeen ab Dit is dus te schrijven als 10a + b Er moet gelden dat a + b = 9 Maar tevens dat 1/5 van het getal erbij 'ba' oplevert, ofwel 10b + a Dus: 10b + a = 10a + b + 1/5(10a + b) Haakjes wegwerken en vereenvoudigen zal geven: a = b·(8 + 4/5)/11 Nu dus a + b = 9 gebruiken en je krijgt: b·(8 + 4/5)/11 + b = 9 Ofwel: b·(19 + 4/5)/11 = 9 b = 5 En omdat a+b=9 weet je nu ook dat a=4 Ofwel: 45 Controleren: 45 + 45·1/5 = 45 + 9 = 54 klopt