Ik zit vast bij het volgende probleem: Iemand doet mee aan een tv-programma. Hij denkt minstens 40% van de kijkers stemt op mij. Zijn medespelers betwijfelen dit. Door een onafhankelijk bureau wordt een steekproef van 100 kijkers genomen. Hierbij blijkt dat er 32 mensen op hem zullen stemmen. Ga ervan uit dat het aantal voorstemmers in een steekproef van 100 normaal verdeeld is met s=4,8. Bij welke significantieniveaus zal hij zijn mening moeten herzien? Licht je antwoord toe.
Ik dacht H0: mx=40 H1: mx kleiner dan 40. Moet ik nu normalcdf(-1099,32,40,0.48) nemen om aan het antwoord te komen of normalcdf(-1099,32,40,4.8)? Ik loop hier vast! Bedankt voor uw hulp.
Katrij
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 14 oktober 2007
Antwoord
Maak een tekening!
Met Normalcdf(-1099,32,40,0.48) bereken je de oppervlakte van het gele gebied. Dat is ongeveer 0,048.
Dat betekent dat onder de H0 hypothese de kans dat je 32 (of kleiner) vindt gelijk is aan 0,048. Deze kans is kleiner dan 5%, dus bij een siginficantieniveau van 5% (4,8% of hoger om precies te zijn) berust die '32' niet op toeval en zal hij zijn mening moeten herzien.