Ikzelf denk dat ik in de richting van cos(2t +t) moet denken maar dat weet ik dus niet helemaal zeker?
groeten doeska
doeska
Leerling bovenbouw vmbo - woensdag 23 mei 2007
Antwoord
Je begint goed. Na cos(3t) te hebben geschreven als cos(2t+t) kun je hier één van de zogenaamde somformules op toepassen. Je krijgt: cos(2t+t) = cos(2t).cos(t) - sin(2t).sin(t)
Omdat je naar een uitdrukking toe wilt met cos(t), moet er nog iets gebeuren met cos(2t) en ook met sin(2t). Via cos(2t) = 2cos2(t) - 1 en sin(2t) = 2sin(t)cos(t) gaat dat je vast wel lukken.