als antwoord hebben we dus op de eerste vraag: 25m op de tweede vraag 0,03cm en op de derde vraag 20cm. Ik begrijp niet goed wanneer de 1 van onder moet of van boven alles precies omgedraaid, bijvoorbeeld schaal 300/1 in de tabel schrijf je dan de 300 van oner en de 1 van boven.
leys A
1ste graad ASO-TSO-BSO - zondag 22 oktober 2006
Antwoord
1:20.000 betekent dat 1 cm op de kaart in werkelijkheid 20.000 cm is, dus de 1 komt bij de 'tekening' en de 20.000 bij de 'werkelijkheid'.
300:1 betekent dat 300 cm op de kaart in werkelijkheid 1 cm is, dus de 300 komt bij de 'tekening' en de 1 bij de 'werkelijkheid'.
Vraag 1: 0,03 cm Vraag 2: 25 cm Vraag 3: 20 cm
Nou gaat toch bijna helemaal goed, je kan alleen niet tellen...