Ik loop vast bij de volgende sommen: $\sum$ van k=n t/m 2n (2k+18), druk deze rij uit in n.
$\sum$ van k=n t/m n2 (100-k), druk deze uit in n. Hoe weet kan je het aantal termen uitdrukken? Hoe moet kan je deze somrijen uitdrukken in n?
Jan-Pe
Leerling bovenbouw havo-vwo - zaterdag 10 juni 2006
Antwoord
Beste Jan-Peter,
Je komt een beetje verward over: er staan inderdaad sommen, het resultaat kan je uitdrukking in n, maar dat zijn geen rijen.
Beide partiële sommen komen van een rekenkundige rij, het verschil tussen opeenvolgende elementen is steeds constant. Voor zo'n rijen op je een somformule, namelijk de som si van de i elementen tussen uk en uk+i-1 is:
si = i(uk+uk+i-1)/2
Bij zo'n sommatie loopt de index steeds met 1 op, dus het aantal termen is precies "bovengrens - ondergrens + 1".