de normaalvergelijking van AB. Hoe moet je die juist vinden want dat hebben we ook nog niet gezien. En hoe doe je het dan verder in die oef?? Groetjes Tom
tomvr
3de graad ASO - woensdag 12 april 2006
Antwoord
Als a.x + b.y + c = 0 een vergelijking is van een rechte is, vind je de normaalvergelijking door deze vergelijking te delen door de normeringsfactor Ö(a2+b2)
Toegepast op de vergelijking van de rechte AB in determinantvorm is deze normeringsfactor Ö[(x1-x2)2+(y1-y2)2] En dit is nu juist |AB|
Je hebt dus als opp(ABC) = 1/2.|AB|.d(C,AB) = 1/2.Ö[(x1-x2)2+(y1-y2)2].1/Ö[(x1-x2)2+(y1-y2)2].det