Het is al even geleden dat ik deze vraag gesteld heb, maar ik heb er nog een vraag hierover. De redenering B snap ik niet. Wat moet ik doen met de A en de B, en wat vul ik dan in voor C of D. Maakt het dan niet uit wat je invoerd? Ik wil het heel graag begrijpen.
Met veel dank,
janwil
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 12 maart 2006
Antwoord
Beste Jan-Willem,
Voor alle duidelijkheid, de vraag is niet hoe jij die oorspronkelijk gesteld had (merk ik nu), men vraag namelijk welke van de 4 beweringen niet juist is. Via de tips in m'n vorig antwoord kan je nagaan dat a,b,d kloppen, dus is c het juiste antwoord. Als ik het goed begrijp snap je enkel de redenering voor b niet?
Men zegt in b dat de parameters c en d gelijk zijn (en kleiner dan 0). Vermits ze gelijk zijn, mag je c door d vervangen (of omgekeerd). Je kan dan ontbinden in factoren en zien dat (x-2) en (x+2) factoren zijn, dus x=2 en x=-2 oplossingen. Gemakkelijker is om gewoon deze twee waarden in te vullen, en te zien of het inderdaad oplossingen zijn.