We beschouwen twee piramides. De eerste piramide heeft als top T(0,0,6) en als grondvlak ABCD met A(4,0,0), B(0,4,0), C(-4,0,0) en D(0,-4,0). De tweede piramide heeft als top V(4,-6,6) en als grondvlak EFGH met E(8,-6,0), F(4,-2,0), G(0,-6,0) en H(4,-10,0). De richting van de zonnestraal is die van de vector w(4,-4,-3).
Bepaal de schaduw die de eerste piramide op de tweede afwerpt.
Hasevo
Overige TSO-BSO - donderdag 26 januari 2006
Antwoord
Tja... dat zou wat zijn... je kunt eerst een tekening maken:
Nu wil het geval dat T als schaduw precies op het midden van ribbe FV terecht komt. Dat is sterk... maar wel 'handig' om te weten. Hoewel je dat nog wel even moet narekenen!