Wilt u de regels 2,3,4en5 verantwoorden(ik bedoel de oorzaken noemen)?
Hoogachtend, Riad
Riad
Student hbo - vrijdag 13 januari 2006
Antwoord
Dag Riad
In regel 1 staat een conjunctie van drie factoren. In regel 2 neem ik de eerste en de derde factor samen d.i. een toepassing van de commutativiteit en associativiteit (algemeen : AÙBÙC = AÙCÙB = (AÙC)ÙB
Naar regel 3 wordt op het eerste gedeelte (tussen de vierkante haken) de distributiviteit van de conjunctie t.o.v. de disjunctie toegepast. (algemeen (AÚB)ÙC = (AÙC) Ú (BÙC) Hierboven is C = (PÙØR) In de allereerste factor staat nu ØPÙPÙ... = 0Ù... = 0 De gebruikte eigenschappen zijn : inverse elementen voor de conjunctie (algemeen ØAÙA = 0) en 0 is het opslorpend element voor de conjunctie (algemeen 0ÙA = 0) En 0 is het neutrale element voor de disjunctie (0ÚA = A).
Dit levert regel 4 op, waarin P en Q worden van plaats verwisseld (commutativiteit)
Bij de overgang naar regel 5 wordt weer een distributiviteit toegepast, namelijk de (centrale) conjunctie is distributief t.o.v. de disjunctie (in het rechterlid).