Iemand schiet honderd keer op een schietschijf waarop de waarden 2, 4, 6, 8 en 10 zijn aangegeven. Hij schiet het volgende: 36x 2, 28x 4, 20x 6, 12x 8 en 4x 10 Hoe reken ik nu het gemakkelijkst de variantie en de standaardafwijking uit? Het is zoveel werk om helemaal de lijst in te gaan voeren...
Erick
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 11 september 2005
Antwoord
Zoveel werk? Bij STAT een lijstje maken met in List 1 de waarden 2, 4, 6, 8 en 10 en in List 2 de frequenties 36, 28, 20, 12 en 4? Dat lijkt me toch wel haalbaar... en dan met CALC en SET even de goede lijstjes selecteren dan kan je met 1VAR het allemaal zo uitrekenen... echt een fluitje van een eurocent. Zou dat lukken? Het gemiddelde is in ieder geval 4,4.