1)De kansvariabele Z is standaardnormaal verdeeld. Bepaal het getal a als P(-a Z a)= 0,9940 2)Om een examenkopij te verbeteren heeft een prof gemiddeld 4,8 minuten nodig met een standaardafwijking van 1,3 minuten. Zoek de kans dat de prof meer dan 5 uren nodig heeft om 60 kopijen te verbeteren.
Het antwoord op de 1e vraag zou moeten zijn: a= 2,74 en het antwoord op de 2e vraag is 0,117. Maar hoe kom ik hieraan?
Alvast Bedankt!
Evelyn
Student universiteit - woensdag 20 april 2005
Antwoord
1) P(-aZa)= P(Za) - P(Z-a) Beide waarden kan je aflezen uit een tabel of uitrekenen met je (ietwat deftige) ZRM.
2) Een kansveranderlijke Y die de som is van een aantal identiek normaalverdeelde kansveranderlijken Xi is op zich weer een normaal verdeelde kansveranderlijke.
* Beredeneer eerst wat gemiddelde en standaardafwijking zijn van deze nieuwe kansveranderlijke Y.
* Vertaal P(Y300) in P(Z?) met Z een standaardnormaal verdeelde veranderlijke.
* Bereken P(Z?)=1-P(Z?) met "?" de gevonden waarde uit het vorige puntje.