Hoi wisfaq Zouden jullie me kunnen helpen met de volgende opgave?
Op het ogenblik t=0 wordt een voorwerp met temperatuur T0 °C in een omgeving met temperatuur M °C gebracht (T0 M). Na een tijdsverloop van t h bedraagt de temperatuur van het voorwerp nog T °C. Volgens een wet van Newton geldt: t=1/k*ln((T0 - M)/(T-M)) Hierin is k een consante waarvan de waarde eigen is aan het voorwerp. In een kamer waarvan de temperatuur onveranderd op 18°C blijft, wordt het slachtoffer van een moord gevonden, precies om 8u35. De detectieve die belast is met het onderzoek, constateert op dat ogenblik dat de temperatuur van het lichaal nog 32°C bedraagt. Een uur later is de temperatuur 29°C. Ga ervan uit dat de temperatuur van het slachtoffer 37°C was toen de dood intrad. Wanneer is de moord gebeurd?
Alvast bedankt.
Groetjes Rob
Rob
3de graad ASO - zaterdag 12 maart 2005
Antwoord
Beste Rob,
De formule is dus:
Vul deze formule nu in voor de 2 tijdstippen waarvan je de gegevens hebt. De eerst keer zit je op een tijdstip 't' na de moord. De tweede keer zit je op een tijdstip 't+1' na de moord, vermits t in uren wordt uitgedrukt.
Je hebt dan:
Nu heb je dus 2 vergelijkingen in 2 onbekenden (t en k). Dit is een oplosbaar stelsel.