ik heb wat problemen met het oplossen van deze tweedegraadsvergelijkingen, kunt u mij soms helpen ? 1)-2/3x2-1/2x-4/3=0 2)(x-3)(x+3)-5(x-2)2=0
nick
Iets anders - zaterdag 25 mei 2002
Antwoord
Eerst vermenigvuldig ik alle termen met -6. Je krijgt dan 4x2+3x+8=0 Met de abc-formule (a=4, b=3 en c=8) krijg je als oplossing: x1,2=(-3±-119)/8 Dit gaat dus zo als 'normaal' in . Nu is -119=i119, zodat je als oplossing in krijgt: x=-3/8±(i119)/8
Eerst de haakjes wegwerken! Je krijgt: x2-9-5·(x2-4x+4)=0 x2-9-5x2+20x-20=0 -4x2+20x-29=0 4x2-20x+29=0 Met de ABC-formule (a=4, b=-20 en c=29) kan je dan weer de oplossingen vinden: x1,2=(20±-64)/4 Voor -64 schrijf je 8i. Dus: x1,2=(20±8i)/8=21/2±i