Goedenavond, Ik ben druk bezig geweest met vergelijkingen oplossen, maar er zijn er vier waar ik echt niet uitkom, ik heb ook op de online gekeken, maar kan ook met het antwoord niets ik snap niet hoe er toe gekomen is.
a. x2 + x = 13 b. (x+2)2 = -2 c. -0,4x2 - x = 0 d. 11/2(x+3)2=6
Hartstikke bedankt alvast weer. Ik vind deze site echt supertof
Niki D
Leerling onderbouw vmbo-havo-vwo - dinsdag 18 januari 2005
Antwoord
Beste Niki,
a) Schrijf de vergelijking als x2+x-13 = 0 en dan heb je een standaard 2e-graadsvergelijking van de vorm ax2+bx+c = 0 waarvoor je de abc-formule kan toepassen. Oplossingen zijn dan (-b +/- Ö(b2-4ac))/2a
b) Een kwadraat gelijk aan iets negatiefs kan niet in , geen oplossingen.
c) Zet -x buiten haakjes: -x·(0,4x+1) = 0 Nu heb je een product gelijk aan 0, dit kan enkel indien minstens 1 van de factoren 0 is, opsplitsen dus.
d) (3/2)(x+3)²=6 <=> (x+3)²=6·(2/3)=4 => x+3 moet dus gelijk zijn aan 2 of -2.