Als je een zak hebt met 11 knikkers: 5 rode 6 groene. Hoe groot is dan de kans om bij het nemen van 4 knikkers (zonder terug te leggen) dat:
a) de 4 dezelfde kleur hebben b) je 2 rode en 2 groene hebt
jorn
3de graad ASO - donderdag 9 december 2004
Antwoord
HINTS
Bij a. bereken je P(RRRR) en P(GGGG) door uitschrijven.
Bij b. bereken je P(2 rood 2 groen) door P(RRGG) te berekenen, te kijken hoeveel volgordes met 2R en 2G je kan maken... en P(RRGG) te vermenigvuldigen met dat aantal.