Hoe bereken ik de gemeenschapelijke periode van 2 functies als de ene functie een pbij zich heeft en de andere een gewoon getal dus: sin2(x-c) en cospx dan krijg je dit er toch uit : p voor de sinus functie en 2 voor de cosinus functie ?
Kevin
Leerling bovenbouw havo-vwo - maandag 22 november 2004
Antwoord
Kevin
het moeilijkste heb je gevonden p is idd de periode van die sinus-functie en 2 de periode van die cosinus-functie; het kleinste gemene veelvoud van beide periodes is de gemeenschappelijke periode.