Een trein van 75 m lengte komt vanuit stilstand met een eenparige versnelling op gang. Op het ogenblik dat de eerste treinwagon een spoorwegarbeider passeert die zich op 140 m van het vertrekpunt bevindt, heeft de trein een snelheid van 25 m/s. Welke snelheid heeft de laatste wagon op het moment dat die de spoorwegarbeider voorbij rijdt?
Mandy
2de graad ASO - zondag 21 november 2004
Antwoord
Voor een eenparig versnelde beweging met beginsnelheid 0 geldt:
v(t)=a·t s(t)=1/2a·t2
Dit levert ingevuld:
25=a·t 140=a·t2
...een stelsel van twee vergelijkingen met twee onbekenden. Bereken daarmee a en t. Gebruik de waarde van a om t te berekenen zo dat s(t)=215. Deze t kan je dan gebruiken om v(t) te berekenen.