Ik kreeg c=1, en dat zou niet moeten vanwege het feit dat het uiteindelijke antwoord Xt=a · 3t 2 · 2t zou moeten zijn.
Het dik gedrukte deel kom ik dus niet uit. Hoe moet ik dit oplossen / Wat doe ik fout?
Alvast bedankt!
Xavier
Student universiteit - woensdag 6 oktober 2004
Antwoord
Kies eens: Xt=a×3t+b×2t. Invullen in Xt = 3 Xt-1 -2^t levert: a×3t+b×2t=3(a×3t-1+b×2t-1)-2t Het rechterlid kun je herschrijven tot: a.3t+3b2t-1-2t Kennelijk moet nu gelden: 3b2t-1-2t=b2t 11/2b2t-2t=b2t 1/2b=1 b=2