Bij het tekenen van een lijn op logaritmisch papier was ik ineens helemaal kwijt hoe ik bepaalde waarden op de as kon vinden. 10, 100 en 1000 lukt me nog wel, maar hoe geef ik bijvoorbeeld naukeurig 583 aan (of andere tussenliggende waarden)? Alvast bedankt!
M.
Leerling bovenbouw havo-vwo - zondag 30 mei 2004
Antwoord
Neem aan dat er tussen 100 en 1000 precies 5 cm 'ruimte' zit. Die 100 is 2 en die 1000 is 3. Die 584 is dan log(583)2,765... Dus 0,765... meer dan 2 (100 dus)... en dat is (in dit geval) dan (ongeveer) 3,8 cm van 100.