hallo...ik ben al een tijdje op zoek naar dit bewijs maar kan het nergens vinden
indien in de driehoek abc cos 4A + cos4B + cos4C = -1
bewijs dan dat een van de hoeken van deze driehoek een veelvoud is van p/4
nico m
Iets anders - zaterdag 22 mei 2004
Antwoord
dag Nico,
Het bewijs de andere kant op (met enige aanpassing) is niet moeilijk, maar dat vroeg je ook niet Toch kan het helpen om inzicht in de materie te krijgen. Dus eerst even de andere kant op, dat wil zeggen: we weten dat een van de hoeken, zeg bv a, gelijk is aan k·p/4 (voor k=1, 2 of 3) Dan geldt (vanwege de driehoek): b = p - a - g dus 4b = 4p - k·p - 4g = (4-k)·p - g Maak nu onderscheid tussen oneven en even waarden voor k. voor k=1 of k=3 geldt: cos(4b) = - cos(4g) en cos(4a) = -1 Voor k=2 geldt: a=p/2 Dan is cos(4a) = 1, en dan gaat de vergelijking alleen op als zowel b als g gelijk zijn aan p/4.
Nu de oorspronkelijke vraag. Vanwege de driehoek kun je g uitdrukken in a en b. Vermenigvuldigen met 4 geeft: 4g = 4p - 4a - 4b, dus cos(4g) = cos(4a+4b). Noem even x=cos(4a) en y=cos(4b) De vergelijking wordt dan: x + y + xy - Ö(1-x2)Ö(1-y2) = -1 Herleiden en kwadrateren levert: (x+1)2(y+1)2=(1-x)(1+x)(1-y)(1+y) wat weer leidt tot de oplossingen: x=-1 y=-1 x=-y Ofwel 4a=p of 4b=p of 4a+4b=p Elk van deze oplossingen levert het gewenste resultaat. Met dank aan medebeantwoorders cl en hk, die bovenstaande vergelijking weer op een andere manier oplossen. Zie eventueel ook