Graag zou ik wat hulp willen bij het oplossen van goniometrische ongelijkheden.
Dit is wat er gevraagd word:
Los op in [0,2p] a. tanx.tan0,5x0 b. sinx.cos(x-(1/3)p)0 c. sin2x.cosx0 d. sin3xsinx e. cos2xsin2x
Ik zou al heel blij zijn met wat tips.
doeg Katie
Katie
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 7 april 2004
Antwoord
Probeer telkens het probleem te splitsen in twee delen. Gebruik hierbij dat a·b0Û {a0 en b0} of {a0 en b0} Dat levert op a) tanx·tan1/2x0 Kijk apart naar het verloop van tanx en tan1/2x. Aangezien de periode van tanx=p en de periode van tan1/2x=2p hoef je alleen te kijken naar de situatie op [0,2p] --verloop tanx 0+++1/2p---p+++11/2p---2p -verloop tan2x 0+++++++++p------------2p Natuurlijk moet je een veel netter tekenoverzicht maken Nu kijken wanneer de ene positief of 0 is en de ander negatief of 0 is. Oplossing 1/2p,p en 11/2p,2p]+ k·2p b) en c) gaan op dezelfde manier d) sin3x-sinx0 Ûsinx·(sin2x-1)0 als je bedenkt dat het tweede deel zelf altijd 0 is hoef je alleen te kijken wanneer sinx0 is, pas op er zit nog een addertje onder het gras als sinx=1..... e) duidelijk de lastigste, probeer eerst a t/m d maar eens goed uit te werken.