Steef
Leerling bovenbouw vmbo - donderdag 18 maart 2004
Antwoord
Beste Steef, Laten we even in je vergelijking lengte vervangen door 'x', er blijft dan nog over: 2500 = x(220-2·x) Dit is 1 vergelijking met 1 onbekende, en moet dus op te lossen zijn. Helaas staat er links 2500 en niet 0, dus haakjes wegwerken: 2500 =220x-2·x2 0 = 220·x-2·x2-2500 0 = -2·x2+220·x-2500 Dit is een tweedegraadsvergelijking en dus oplosbaar met bv. de abc-formule. Je zou het ook nog kunnen vereenvoudigen door links en rechts eerst te delen door -2, en dan de abc-formule, of ontbinden in factoren.