JvP
Leerling bovenbouw havo-vwo - vrijdag 13 februari 2004
Antwoord
Beginnen we met de eerste gelijkheid: sin(3a) = sin(2a + a) = sin(2a).cos a + cos(2a).sin a = 2.sin a.cos2a + (cos2a - sin2a).sin a = 2.sin a.(1 - sin2a) + (1 - 2.sin2a).sin a = 3.sin a - 4.sin3a We gaan nu verder door 4.sin a af te zonderen: 4.sin a.(3/4 - sin2a) = 4.sin a.((Ö3/2)2 - sin2a) Met de sin 60° = Ö3/2 wordt dit 4.sin a.(sin260° - sin2a) = 4.sin a.(sin 60° - sin a).(sin 60° + sin a) = (formules van Simpson) 4.sin a.2.cos(60° + a)/2.sin(60° - a)/2.2.sin(60° + a)/2.cos(60° - a)/2 = (omgekeerde formules voor de sinus van een dubbele hoek) 4.sin a.sin(60° + a).sin(60° - a)